Er kan een nieuw eiland van 6,5 km² ontstaan in de Noordzee. Uitgerust met turbines, zonnepanelen en omringd door windmolens zou deze immense offshore-centrale in staat zijn om elektriciteit te leveren aan 1 Europeaan op 6.

In 2050 zou de Noordzee een extra eiland van 6,5 km² kunnen tellen, zo groot als bijna 1.000 voetbalvelden. Een volledig kunstmatig grondgebied, bevolkt door enorme turbines. Met in het midden een soort van centrale fabriek. Met zijn turbines voor waterkracht, zijn zonnepanelen en 7.000 offshore windmolens eromheen, zou het eiland een historisch keerpunt voor hernieuwbare energie kunnen vormen. Volgens de promotors zou het in staat zijn om een vermogen van 70.000 tot 100.000 megawatt te genereren, genoeg voor het verbruik van 80 miljoen mensen, en wordt het aangesloten op de elektriciteitsnetten van zes Europese landen: België, Denemarken, Duitsland, Nederland, Groot-Brittannië en Noorwegen. Ter vergelijking: de 58 reactors van het Franse nucleaire park produceren 63.100 MW.

Het initiatief kwam van twee Europese bedrijven – de elektrische netbeheerders TenneT (Nederland en Duitsland) en Energinet (Denemarken) – die eind maart hun plannen hebben onthuld. Het eiland zou kunnen worden gebouwd op de Dogger Bank, een zandbank op 100 kilometer van de Britse kust. De zee is er heel ondiep, wat de bouw zou vergemakkelijken. Bovendien is het gebied bijzonder winderig in de winter en zonnig in de zomer, ideale omstandigheden om het hele jaar elektriciteit te produceren.

Momenteel hebben veel deskundigen hun twijfels bij dit gigantische project. Ze denken terug aan enkele precedenten, zoals Desertec, een megaproject dat heel Zuid-Europa wilde bevoorraden dankzij zonne-energiecentrales in de Sahara. Een idee dat, na verloop van tijd, lijkt te zijn begraven in het zand. Deskundigen wijzen er ook op dat het enkele jaren zal duren voordat de 7000 windturbines op het netwerk kunnen worden aangesloten.

De promotors van de North Sea Wind Power Hub denken dan weer dat dit project tussen 2030 et 2040 kan worden doorgevoerd. “Dit project kan sciencefiction lijken, maar het is heel realistisch“, benadrukt de Deen Torben Glar Nielsen, technisch directeur van Energinet. De kracht van het project schuilt met name in de verbindingen, de kabels die zullen worden getrokken tussen de buurlanden, en de toekomstige turbines. Zij zorgen ervoor dat “100% gebruik wordt gemaakt van de energie die door de wind wordt geproduceerd”, zeggen ze bij Energinet. “Terwijl het gemiddelde verbruik momenteel eerder 40% bedraagt“, vanwege problemen met transport en opslag.

De North Sea Wind Power Hub geniet al de steun van de Slowaak Maros Sefcovic, Mijnheer Energie van de Europese Commissie: «Dit platform laat zien wat de menselijke vindingrijkheid kan verwezenlijken als we grensoverschrijdend te werk gaan.” Maar het kostenplaatje vereist dat ook andere partners meedoen. Volgens de Copenhagen Post zou de factuur neerkomen op maximaal 1,2 miljard euro, negen keer minder dan een EPR-kerncentrale.

Tags: Dogger Bank, kunstmatig eiland, Noordzee, North Sea Wind Power Hub, offshore windmolenparken